Vorige week kwamen we bijeen in het Nationaal Archief voor een nieuwe editie van Open Donderdag. Centraal stond het rapport ‘Woo-Bingo’, waarin Open State Foundation en SPOON een aantal hardnekkige aannames over de Wet open overheid onder de loep nemen. Argumenten die vaak klinken als feit, maar vaak op basis van gevoel worden geformuleerd.
Met een creatieve aftrap -”Woo-bingo” op basis van overheidsuitspraken over de Woo- werd meteen duidelijk hoe vaak bepaalde aannames herhaald worden in briefings en debatten. Aannames over onuitvoerbaarheid, werkdruk, en gebrek aan capaciteit, die telkens terugkomen maar zelden onderbouwd worden. Daarna gingen we de diepte in met een toelichting van onze bronnen, resultaten en conclusies. Vanuit de zaal, vooral gevuld met beleidsmakers en uitvoerders, kwamen (gelijk zodra de slideshow geopend werd) kritische vragen over de scope van het onderzoek: wat was wel meegenomen, en wat niet? Een terechte discussie, want zorgvuldigheid is cruciaal.
Wat ons opviel was het volgende: terwijl wij worden aangesproken op het feit dat onze conclusies gebaseerd zijn op beperkte data, maakt niemand zich druk over het feit dat de overheid haar beleid baseert op géén data. Daarnaast hebben de onderzoekers zelf de data moeten verzamelen, wat een taak van de overheid zou moeten zijn.
En dát is het echte probleem. Juist daarom is het rapport relevant: het laat zien hoe weinig er eigenlijk onder de huidige beeldvorming ligt. En hoe hard we feitelijke informatie nodig hebben om verder te komen.
Tijdens het panelgesprek, waarin vertegenwoordigers van BZK, VNG en de journalistiek hun perspectief deelden, ontstond consensus over één ding: de huidige beschikbare cijfers over de uitvoering van de Woo schieten tekort. Zeker als je conclusies wilt trekken over de vermeende onuitvoerbaarheid van de wet. Meer onderzoek is nodig, maar dat kan alleen als de overheid haar verantwoordelijkheid neemt en relevante data beschikbaar stelt. De bewijslast ligt bij de overheid, en niet bij de maatschappij die gewoon mag verwachten dat de overheid (haar eigen) wetten nakomt – net zoals dat van burgers wordt verwacht.
Dus bij deze een duidelijke oproep: stop met redeneren op basis van aannames. Begin met het delen van feiten en data.