NIEUWS

Hoe kan de overheid vertrouwen terugwinnen? 


Doorkijk in een gebouw met loopbruggen

Hint: Door volledig transparant te zijn (en zich te houden aan haar eigen wetten)!

Reactie van Open State Foundation op het interview met Ben van Hoek in de NRC

Sinds het toeslagenschandaal klinkt in heel Nederland de roep om het vertrouwen hersteld moet worden. Transparantie is het sleutelwoord daarbij, want wie open is kan goed gecontroleerd worden en dat wekt vertrouwen. Als het woord openheid klinkt dan kijk je naar de Wet open overheid (Woo); Voorheen Wet openbaarheid van bestuur (Wob). De Woo is gebaseerd op vertrouwen in de overheid, namelijk dat zij de procedures uit die wet zorgvuldig volgt om tot goede besluitvorming te komen.

De Wob is ruim 4 decennia het middel geweest voor burgers en journalisten om de overheid informatie te vragen die nog niet openbaar was. Als men vroeg om documenten vertrouwden we dat daadwerkelijk gezocht werd en besluiten werden genomen over alles wat gevonden was. Dat informatie echt gegeven wordt aan de burger werd zelfs zó belangrijk gevonden dat het recht op publieke informatie is vastgelegd in het eerste artikel van de Woo.

Natuurlijk waren er in al die jaren twistpunten over wat openbaar werd of niet. De rechter heeft bestuursorganen vele malen op de vingers getikt omdat er teveel werd gelakt of omdat een document wel openbaar zou moeten worden terwijl het gesloten werd gehouden. Nederland heeft over het algemeen vertrouwen dat de controle van de rechterlijke macht voldoende is om eventuele schendingen te repareren (hoewel dit vertrouwen niet altijd gerechtvaardigd is bleek bij het toeslagenschandaal).

Het vertrouwen is geschonden door de overheid zo blijkt uit het interview in de NRC met voormalig politietopman Ben van Hoek die voorbeelden noemt die een beeld laten zien van uitholling van de rechtsstaat. Het meest schokkende voorbeeld dat van Van Hoek noemt is de uitspraak ‘Je hóéft toch niet te zeggen dat jullie dat document hebben?’ Dit druist dwars in tegen de geest van onze transparantie wetten en voldoet niet aan de eisen van behoorlijk bestuur. 

Het doen alsof documenten niet bestaan om ze buiten de procedure te houden betekent dat het Wob-besluit onzorgvuldig wordt voorbereid en dat is een schending van alle afspraken die aan de grondslag liggen van het openbaar bestuur. In dit geval het vertrouwensbeginsel (een van de algemene beginselen van behoorlijk bestuur). Het voorkomt dat een rechter zich erover kan uitspreken.

Zelfs het Kabinet hanteert de methode van het “doen alsof de informatie niet bestaat”. Het ‘realtime archiveren’ (een verzonnen term) van sms’jes van de Minister-President en het vervolgens weigeren door de andere Ministers om de communicatie uit hun archief te halen is daar een recent voorbeeld van. De Tweede Kamer heeft dit om politieke redenen zonder consequenties gelaten. Maar om vertrouwen in de overheid te versterken kan deze praktijk niet langer voortduren en zullen er consequenties gesteld moeten worden door de Kamer. 

De Kamer kan als wetgever nog een extra zetje geven door expliciet in de wet op te nemen dat een bestuursorgaan geen documenten mag achterhouden om ze zo buiten de Woo-procedure te houden en daar ook nog toezicht en handhaving op zetten.

Oproep

Open State roept heel politiek en bestuurlijk Nederland op om zich uit te spreken en deze handelswijze af te keuren en de uitholling van onze rechtsstaat met deze praktijken te stoppen. Wij roepen alle ambtenaren op om de procedures na te leven (zoals ze beloven in hun eed of belofte) en alle documenten die zijn achtergehouden alsnog over te dragen aan de Woo-afdeling van hun bestuursorgaan zodat de geraakte Wob-besluiten gerepareerd kunnen worden.

Er moet nu echt werk gemaakt worden van het herstel van vertrouwen.


P.S. Artikel 10 van de Wob gaf en artikel 5.1 van de Woo geeft een limitatieve lijst met de uitzonderingsgronden

Leerpunt voor (de geciteerde) ambtenaren: De redenen “omdat het belastend is voor de burgemeester” en “omdat het slecht uitkomt voor de verkiezingen” staan niet in de wet en ze passen ook niet binnen een van de uitzonderingsgronden.