De afschaffing van de dwangsom bij het niet binnen de termijn afhandelen van een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur (Wob), heeft inderdaad geleid tot een afname van het misbruik van de wob. Tegelijkertijd concluderen onderzoekers dat de doorlooptijd van Wob-verzoeken sinds 2016 langer is geworden.
Dit zijn grofweg de belangrijkste bevindingen van SEO Economisch Onderzoek, dat in opdracht van de minister van Binnenlandse Zaken een evaluatie hield van de Wet openbaarheid van bestuur sinds het afschaffen van de dwangsomregeling in 2016.
Niet onbelangrijke kanttekening van de onderzoekers bij deze bevindingen: Of de langere doorlooptijd echt het gevolg is van het feit dat burgers geen dwangsom meer kunnen inzetten als ze te lang op antwoord moeten wachten, is niet met zekerheid te zeggen.
SEO Economisch Onderzoek baseert zich voor de evaluatie op analyse van de mogelijke effecten, cijfers, en interviews met deskundigen. Paar punten uit het rapport die we het uitlichten waard vinden:
- ‘Sommige geïnterviewden [geven] aan (i) het te betreuren dat er geen alternatief instrument is gekomen om druk te zetten op de overheid om overheidsinformatie snel openbaar te maken.’
- ‘Enkele geïnterviewden [geven] aan dat zij niet vinden dat het obsessief streven naar openbaarmaking van overheidsinformatie als misbruik te classificeren is (zie ook Bijlage D, punt 4). Eén geïnterviewde noemt deze definitie zelfs gevaarlijk. Obsessief streven kan gewoon rechtmatig zijn.’
- ‘Diverse geïnterviewden geven aan dat de afschaffing van de dwangsomregeling bij de Wob de doorlooptijd heeft beïnvloed. Dit is echter moeilijk te meten omdat de doorlooptijd door andere ontwikkelingen wordt beïnvloed.’
- ‘Andere geïnterviewden geven aan dat een toegenomen doorlooptijd ertoe leidt dat er minder toegang is tot actuele en nieuwswaardige overheidsinformatie.’
Lees hier het volledige evaluatierapport, waarvoor ook onze directeur is geïnterviewd. De begeleidende brief van minister Ollongren vind je hier.
In dit kader is ook nog het lezen waard: ‘Overheid doet niets aan tragere afhandeling van verzoeken om openheid’ (de Volkskrant, 26 mei 2020)